TABAKRICHTLIJN: Een moord op de e-sigaret

TABAKRICHTLIJN: Een moord op de e-sigaret

Met de bepalingen van de Europese richtlijn 2014/40 / EU en de volksgezondheidscode die reclame betreft en vanaf morgen van toepassing zal zijn, zal dit onze organisatie ingrijpend veranderen met betrekking tot het voortbestaan ​​van deze site. In afwachting van meer informatie over de daadwerkelijke toepassing van deze richtlijn, Vapoteurs.net zal daarom alleen doorzoekbaar zijn door mensen die "Leden" zullen zijn.

Artikel 20 paragraaf 5

De lidstaten zorgen ervoor dat:

a) commerciële communicatie in de diensten van de informatiemaatschappij, in de pers en in andere gedrukte publicaties, waarvan het doel of de directe of indirecte werking elektronische sigaretten en navulverpakkingen is te bevorderen, is verboden; behalve voor publicaties die uitsluitend bestemd zijn voor vakmensen in de handel in elektronische sigaretten of navulverpakkingen en gedrukte publicaties die zijn gepubliceerd in derde landen en niet in de eerste plaats bedoeld zijn voor de markt van de Unie;

(b) commerciële radiocommunicatie, waarvan het directe of indirecte doel of het effect is het bevorderen van elektronische sigaretten en navulflessen, is verboden;

(c) elke vorm van publieke of private bijdrage aan radioprogramma's met direct of indirect doel of effect van het promoten van elektronische sigaretten en navulflessen is verboden;

d) elke vorm van publieke of private bijdrage aan een evenement, activiteit of voordeel van een persoon die direct of indirect ten doel of tot gevolg heeft het bevorderen van elektronische sigaretten en navulverpakkingen met betrekking tot of waarbij meer dan één lidstaat betrokken is in verschillende lidstaten of met andere grensoverschrijdende effecten is verboden;

(e) commerciële audiovisuele communicatie op grond van Richtlijn 2010 / 13 / EU van het Europees Parlement en de Raad is verboden voor elektronische sigaretten en navulverpakkingen.

Artikel 13

Productpresentatie :

1. De etikettering van de verpakkingseenheden, de buitenverpakking en het tabaksproduct zelf mogen geen elementen of apparaten bevatten die:

(a) bevordert of bevordert de consumptie van een tabaksproduct door een verkeerde voorstelling te geven van de kenmerken, gevolgen voor de gezondheid, risico's of emissies van het product; de labels bevatten geen informatie over het nicotine-, teer- of koolmonoxide-gehalte van het tabaksproduct;

(b) suggereert dat een bepaald tabaksproduct minder schadelijk is dan andere of bedoeld is om het effect van bepaalde schadelijke bestanddelen van de rook te verminderen of dat het vitaliserend, energetisch, helend, verjongend, natuurlijk, biologisch of gunstig voor de gezondheid of levensstijl;

(c) roept een smaak, geur, aroma of een ander additief of de afwezigheid daarvan op;

d) ziet eruit als een voedsel of cosmetisch product;

e) suggereert dat een bepaald tabaksproduct gemakkelijker biologisch afbreekbaar is of andere voordelen voor het milieu heeft.

2. Verpakkingseenheden en elke buitenverpakking suggereren geen economische voordelen door goede druk, kortingsaanbiedingen, gratis distributie, "twee voor de prijs van één" promotie of andere vergelijkbare aanbiedingen. .

3. Items en apparaten die onder 1 en 2 zijn verboden, kunnen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, berichten, symbolen, namen, handelsmerken, figuratieve tekens of andere.

2) De bepalingen van de gezondheidswet

Gemeenschappelijke bepalingen (volksgezondheidscode)

Artikel L3511-2-1

Het is verboden om in tabakswinkels en alle winkels of openbare plaatsen, gratis te verkopen of aan te bieden aan minderjarigen jonger dan achttien jaar:

1 ° Tabaksproducten of -ingrediënten gedefinieerd in de tweede alinea van artikel L.3511-1;

2 ° Elektronische vaping-apparaten of navulflessen die daarmee zijn verbonden.

De persoon die een van deze producten uitgeeft, moet van de klant zijn of haar meerderheid bewijzen.

Artikel L3511-3

Propaganda of reclame, direct of indirect, ten gunste van tabak, tabaksproducten, ingrediënten gedefinieerd in de tweede alinea van artikel L. 3511-1, elektronische vaping-apparaten en bijbehorende navulflessen , evenals elke gratis distributie of verkoop van een tabaksproduct tegen een lagere prijs dan vermeld in artikel 572 van de Algemene Belastingwet is verboden. (1)

Deze bepalingen zijn niet van toepassing op de tekens van tabakswinkels, op voorwaarde dat deze tekens voldoen aan de kenmerken van de interministeriële orde.

Ze zijn ook niet van toepassing:

1 ° Naar publicaties en online communicatiediensten die zijn gepubliceerd door de professionele organisaties van producenten, fabrikanten en distributeurs van tabaksproducten en elektronische vaping-apparaten of navulflessen die daarmee zijn geassocieerd, gereserveerd voor hun leden of professionele publicaties de lijst wordt opgesteld bij ministerieel besluit, ondertekend door de ministers belast met gezondheid en communicatie; professionele online communicatiediensten die alleen toegankelijk zijn voor professionals in de productie, productie en distributie van tabaksproducten en elektronische vaping-apparaten of navulverpakkingen die daarmee zijn geassocieerd; (1)

2 ° op geprinte en gepubliceerde publicaties en op online communicatiediensten die ter beschikking van het publiek worden gesteld door personen die zijn gevestigd in een land buiten de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte, waar dergelijke publicaties en communicatiediensten online zijn niet primair bedoeld voor de communautaire markt;

3 ° De borden met betrekking tot de elektronische apparaten van vapen en de bijbehorende navulvaten, gerangschikt binnen de inrichtingen die ze op de markt brengen en niet zichtbaar van buitenaf.

Elke sponsor- of sponsoractie is verboden wanneer deze wordt uitgevoerd door fabrikanten, importeurs of distributeurs van tabaksproducten of wanneer het doel of effect ervan directe of indirecte propaganda of reclame ten gunste van tabak is, tabaksproducten, ingrediënten gedefinieerd in de tweede alinea van artikel L. 3511-1, elektronische vaping-apparaten of navulflessen die daarmee verbonden zijn.

OPMERKING: (1) In overeenstemming met 23 2016 41 Nr. 26 Nr. 2016 worden deze bepalingen van kracht vanaf 20 Mei 2016.

Artikel L3511-4

Propaganda of reclame voor een organisatie, dienst, activiteit, product of artikel anders dan tabak, een tabaksproduct of een ingrediënt gedefinieerd in de tweede alinea van artikel L. 3511-1 wanneer, door zijn grafisch ontwerp, zijn presentatie, het gebruik van een merk, een reclamebord of een ander onderscheidend teken, het tabaksgebruik, een tabaksproduct, oproept of een ingrediënt gedefinieerd in de tweede alinea van artikel L. 3511-1.

Echter, deze bepalingen niet van toepassing op propaganda of reclame voor een ander doel dan tabak, een tabaksproduct of een ingrediënt die in de tweede paragraaf van artikel L. 3511-1 product dat werd ingesteld op de markt vóór januari 1 1990er door een juridisch en financieel autonome bedrijf vanuit een bedrijf dat vervaardigt, invoert of verkoopt tabak een tabaksproduct of een ingrediënt die in de tweede paragraaf van artikel L. 3511-1. De oprichting van een juridische of financiële verbinding tussen deze bedrijven vervalt de ontheffing.

Criminal provisions (Public Health Code)

Artikel L3512-1

Verenigingen waarvan het wettelijk oogmerk de strijd tegen het roken omvat, die regelmatig ten minste vijf jaar op de datum van de feiten wordt verklaard, kunnen de aan burgerlijke partijen verleende rechten uitoefenen voor inbreuken op de bepalingen van deze titel

Kan gebruik maken van de dezelfde rechten van de consument in artikel L. 421-1 van het Wetboek van de consumptie genoemde verenigingen, familie verenigingen genoemd in de artikelen L. 211-1 en 211-2 L. code van sociale actie en gezinnen van overtreding van de bepalingen van artikel L. 3512-2 en maatregelen uit hoofde van artikel L. 3511-7.

Artikel L3512-2

Overtredingen van de bepalingen van de artikelen L. 3511-2, L. 3511-3 en L. 3511-6 worden bestraft met 100 000 euro's prima. In het geval van verboden propaganda, sponsoring, reclame of patronage, kan de maximale boete worden verhoogd tot 50% van het bedrag dat is uitgegeven aan de illegale operatie.

In het geval van een recidive kan de rechtbank de verkoop van de producten die het onderwerp waren van de illegale operatie gedurende één tot vijf jaar verbieden.

De rechtbank beveelt, indien nodig, de opheffing, de verwijdering of de verbeurdverklaring van de reclame die op kosten van de overtreders verboden is.

De rechtbank kan, gelet op de omstandigheden van de zaak, beslissen dat de rechtspersonen geheel of gedeeltelijk hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de betaling van de boetes en de juridische kosten die aan hun bestuurders of hun personeelsleden worden aangerekend.

De stopzetting van reclame kan worden bevolen hetzij op vordering van de officier van justitie, hetzij ambtshalve door de onderzoeksrechter of de rechtbank in de procedure. De aldus genomen maatregel is uitvoerbaar ondanks alle rechtsmiddelen. De vrijgave kan worden gegeven door de rechtbank die de order heeft geplaatst of die in beslag is genomen. De maatregel houdt op effect te hebben in het geval van een beslissing tot ontslag of vrijspraak.

Beslissingen over verzoeken om vrijlating kunnen worden ingesteld bij de onderzoekskamer of bij het hof van beroep, afhankelijk van het feit of deze zijn uitgesproken door een onderzoeksrechter of door de rechtbank die de verzoeken ontvangt. vervolging.

De onderzoekskamer of het hof van beroep regelt binnen tien dagen na ontvangst van de documenten.

Artikel L3512-3

Rechtspersonen kunnen strafrechtelijk aansprakelijk worden gesteld, onder de voorwaarden uiteengezet in artikel 121-2 van het Wetboek van Strafrecht, voor de strafbare feiten voorzien in artikelen L. 3512-2 en L. 3512-2-1.

In het geval van verboden propaganda, sponsoring, reclame of patronage, is de tweede zin van de eerste alinea van artikel L. 3512-2 van toepassing.

Daarnaast zijn de tweede, derde, vijfde en zesde alinea's van artikel L. 3512-2 van toepassing in geval van een strafrechtelijke procedure tegen een rechtspersoon of een veroordeling die tegen hem is uitgesproken.

Artikel L3512-4

De agenten bedoeld in artikel L. 1312-1 van deze Code, de artikelen L. 8112-1, 8112-3 L. en L. 8112-5 van de arbeidswet en III van artikel L. 231- 2 van de code het platteland en de zeevisserij zullen daaronder de naleving van de artikelen L. 3511-2-1, 3511-7 L. en L. 3511-7-1 van de code en de regelgeving en onderzoek en het vinden van schendingen van deze bepalingen.

Ze hebben voor dit doel, elk voor zich, hun prerogatieven erkend door de artikelen L. 1312-1 van het Wetboek, L. 8113-1 8113-5 L. en L. 8113-7 code arbeid en L. 231-2-1 van de code het platteland en de zeevisserij en de uitvoering daarvan aangenomen teksten.

Gemeentelijke politieagenten, landelijk politieagenten, de Parijse security officers, alsmede functionarissen van de stad Parijs in het hoofd van een politie-afdeling genoemd, respectievelijk in de artikelen L. 511-1, 521-1 L., L. 523-1 en 531-1 L. code of Homeland security kunt zien minuten inbreuken op de artikelen L. 3511-2-1, 3511-7 L. en L. 3511-7-1 dit wetboek en reglementering voor hun toepassing, wanneer ze gepleegd zijn op het gemeentelijk grondgebied, op het grondgebied van de stad Parijs of op het grondgebied waarvoor ze beëdigd zijn en waar ze niet vereist zijn onderzoek.

Dergelijke agenten kunnen, om een ​​inbreuk op artikel L. 3511-2-1 te vinden, van de klant eisen dat hij zijn meerderheid aantoont door een officieel document met een foto te produceren.

Com Inside Bottom
Com Inside Bottom
Com Inside Bottom
Com Inside Bottom

Over de auteur

Redacteur en correspondent Zwitserland. Vapoteuse voor vele jaren, ik zorg vooral voor Zwitsers nieuws.